Rose uit Indonesië: “Ik vier hier het leven van mijn wereldoma.”
Mijn wereldoma is gestorven. Mijn lieve stoere, prachtige oma van 95 jaar is er niet meer. En ik woon aan de andere kant van de wereld. Een paar maanden geleden heb ik haar nog opgezocht toen ik in Nederland was. Wat heb ik van haar genoten. Mijn wereldoma, die altijd alles wilde weten over mijn leven ver weg en alles mooi vond of op z’n minst interessant. Sri Lanka. Prachtig! Gili Air. Waar ligt dat precies? Thailand. Vertel eens.
Ze zat dan op het puntje van haar stoel en ik heb nog nooit iemand gezien die bijna doof is en zo goed kan luisteren. Het hele verzorgingshuis wist ook wie ik was, dat ik in Indonesië woonde en vooral hoe lang ik deze keer in Nederland bleef.
Toen ik afscheid van haar nam, wisten we allebei dat dit de laatste keer was. Ze fluisterde in mijn oor: ‘Lief kind, als het mijn tijd is om te gaan, hoef je niet naar de begrafenis komen hoor. Ik merk er toch niks meer van. Ik heb veel liever dat je een mooi cadeau koopt voor jezelf in plaats van een vliegticket.’

Wat doe ik hier op dit tropische eiland?
Dat denk ik steeds opnieuw terwijl de tranen over mijn wangen stromen. Natuurlijk 95, is een mooie leeftijd. ‘Ja dat is 36 ook’, denk ik bozig. En natuurlijk, het is goed zo. Waarheid als een koe. Maar het is wel ‘toevallig’ m’n oma, met wie ik een heel bijzondere band had. En ‘dood’ is wel heel erg dood. En heel erg ‘voorbij’ en ‘nooit meer’. Zelfs nooit meer voor één minuutje of één knuffel.
De tranen blijven stromen. Heel even wil ik weg van hier, al ben ik hier nog zo gelukkig. Ik wil bij mijn familie zijn, ik wil hun armen om mij heen voelen, ik wil mijn lieve moeder troosten, ik wil naar de begrafenis. Zij daar, ik hier. Ik hier, zij daar. Ik wil dat niet.
Maar goed, ik droog m’n tranen. Natuurlijk droog ik mijn tranen, ook al zeggen ‘mijn zwangere tranen hormonen’ dat ik best nog wel een poosje mag doorgaan met huilen, ook wel heel lang. Ik droog m’n tranen en wil die glimmende kristalletjes, samen met de belletjes snot verbergen in de binnenkant van mijn elleboog. Helaas (sorry Mark Rutte), het hier is te warm voor mouwen.
Omgaan met verdriet
Wat ik moet doen als ik verdriet heb, heb ik heel intensief geleerd na de aardbeving die in augustus 2018 ons mooie boutique hotel Villa Nangka en ons huis compleet verwoestte. Ook toen was mijn devies: niet bij de pakken neer zitten. Misschien zeggen ze in Indonesië wel: niet de rijst op het veld laten staan. Natuurlijk kun je verdriet niet ontkennen, dat weet ik ook wel. Maar voor mij werkt het het beste om gewoon door te gaan, en dan van tijd tot tijd de stilte op te zoeken en dan na te denken, te voelen vooral.
Ja, verdriet hebben dat is niet zomaar over. Het duurt wel even. Hoe lang, dat weet je niet. Verdriet komt ook op de meest onverwachte momenten. Verdriet vraagt niet: ‘Schikt het dat ik vanmiddag even langs kom voor een kopje thee?’ Nee het overvalt je, of je het nu wilt of niet. Misschien heb ik wel geleerd om verdriet toe te laten. ‘Een plekje geven’ is niet mijn favoriete uitdrukking en ’rouwproces’ is ook zo’n woord waar ik niks mee heb. ‘Het verlies van je oma’ vind ik helemaal erg. Alsof ik haar zomaar per ongeluk ben kwijtgeraakt en ‘echt Rose, als je maar lang genoeg zoekt, vind je haar misschien wel weer terug. Ergens.’ Verdriet hebben, ik doe het maar op mijn eigen manier. Uiteindelijk doet iedereen dat.
Gelukkig ben ik niet alleen. We zijn samen, mijn man en ik. Ik ben zo rijk dat ik iemand heb die mij troost, naar mijn herinneringen luistert, begrip heeft voor mijn afwezige antwoorden. En samen zullen we op de dag van de begrafenis mijn oma herdenken.

Rituelen
Ik pak mijn kleine meisje en zet haar voor op de fiets in het kinderzitje. Ze heeft haar knuffel tegen haar blote buikje geklemd. De knuffel die ze van mijn oma heeft gekregen. Ik heb een mooie zijden sjaal om mijn hoofd geknoopt. Die sjaal die ik van mijn oma heb gekregen. Samen met Charlie ga ik bloemen plukken, heel veel wilde bloemen in heel veel kleuren.
‘Ik wil haar leven vieren Charlie’, fluister ik in haar warrige blonde haartjes. Ik wil bloemen. En ik wil kaarsen. Ik trek mijn mooiste jurk aan en de foto’s van oma zetten we voor ons neer op de tafel. En weet je wat we ook gaan doen? We gaan taartjes kopen bij Melati. Melati heeft de lekkerste taartjes van de hele wereld.
En dan, terwijl mijn familie in warme kleren naar de uitvaart gaat en ik hier in een zomerjurk zit. Terwijl het daar midden op de dag is en hier de avond al is gevallen. Terwijl daar de kerkklokken luiden en hier de oproep tot gebed klinkt vanaf de moskee. Dan is daar de begrafenis van mijn wereldoma en zijn wij allemaal samen. Zij zijn daar en ik ben hier. Ik ben hier en zij zijn daar. En toch!!