Marthine Bos over vrouwen- en meisjesbesnijdenis: “Een heel complex verhaal”

Marthine Bos is medisch antropologe, sociaal verpleegkundige bij de GGD-IJsselland en ook werkzaam bij Pharos, het kenniscentrum gezondheidsverschillen in Utrecht. Bij Pharos is Marthine senior adviseur en projectleider VGV. Ze heeft lange tijd in verschillende Afrikaanse landen gewerkt als gezondheidscoördinator op het gebied van voeding, HIV/Aids en het bespreekbaar maken van meisjesbesnijdenis. In Nederland traint ze professionals en geeft advies bij o.a de publieke zorg asielzoekers en de GGD IJsselland. Tevens werkt ze nauw samen met de organisatie FSAN in Nederland die veel doet tegen meisjesbesnijdenis.

Met een enorm brede expertise op interculturele gezondheid, waarom is haar strijd vooral gericht tegen VGV, of – zoals ze het zelf liever blijft benoemen – meisjesbesnijdenis? We belden Marthine op. Een gesprek dat met gemak uren had kunnen duren omdat er zoveel is te vertellen over het complexe verhaal achter meisjesbesnijdenissen.

Marthine, hoe kwam je in aanraking met Vrouwelijke Genitale Verminking, of kortweg VGV genoemd?

“Ik heb zeven jaar in Afrika gewoond en als gezondheidscoördinator gewerkt in vluchtelingenkampen in o.a Soedan en Sierra Leone, en bevallingen van besneden vrouwen gezien. Wie dat eenmaal meemaakt, kan onmogelijk nog wegkijken. Vanaf dat moment werd VGV, maar ik zeg liever meisjesbesnijdenis, mijn prioriteit.”

“Meisjesbesnijdenis bestaat in 28 landen in Afrika en is een culturele praktijk die al generaties lang bestaat. De consequenties voor vrouwen die niet besneden zijn, zijn heel groot. Een besneden vrouw is een goede vrouw; ze is rein en huwbaar. Binnen veel gemeenschappen staat de man aan het hoofd en vrouwen helemaal onderaan de ladder. Maar ook mannen staan niet allemaal gelijk op die sociale ladder. Zo is binnen het gezin de verhouding tussen bijvoorbeeld broers afhankelijk van leeftijd. De jongere broer moet gehoorzamen aan zijn oudere broer, maar daar staat tegenover dat die oudere broer verantwoordelijk is voor bijvoorbeeld het onderwijs van zijn jongere broer.”

Waarom spreek je liever over meisjesbesnijdenis dan Vrouwelijke Genitale Verminking?

“VGV, of natuurlijk het Engelse Female Genital Mutilation, is een begrip dat voortkomt uit de internationale gezondheidszorg waar meerdere landen en organisaties bij betrokken zijn. Het begrip is een bewuste keuze die benoemt wat feitelijk de ingrijpende consequenties zijn van vrouwen- en meisjesbesnijdenis: de verwijdering van delen van de vulva. Zoals je weet definieert de WHO vier typen van VGV, waarbij infibulatie de meest extreme vorm is. Bij infibulatie wordt de vaginale opening vernauwd door het wegsnijden en aan elkaar naaien van de kleine en/of grote schaamlippen, met of zonder verwijdering van het zichtbare deel van de clitoris. Vrouwen kunnen niet normaal plassen of menstrueren. Urine of bloed druppelt door een piepklein gaatje.”

“In tegenstelling tot wat nog altijd veel mensen denken, is meisjesbesnijdenis geen religieus ritueel of heeft het religieuze gronden. Het staat in geen enkel heilig geschrift beschreven. Wat overigens niet wil zeggen dat het niet ingezet wordt als reden voor meisjesbesnijdenis. In de meeste landen is het een culturele praktijk en worden dochters, en dat klinkt voor ons westerlingen heel tegenstrijdig, uit liefde besneden. Zoals ik al eerder vertelde, is een besneden vrouw een goede vrouw. Het begrip Vrouwelijke Genitale Verminking, staat daar haaks op. Voor veel besneden vrouwen die in Nederland komen, veroorzaakt dit een moral breakdown (wat betekent dat je door een schok tot stilstand komt), want ‘verminkt’ staat haaks op een ‘goede’ vrouw zijn.”

“Overigens zien we diezelfde mentale klap ook voor besneden vrouwen waar religie wel de bepalende factor van hun besnijdenis was en zij ontdekken dat vrouwen met diezelfde religie (maar uit andere landen) níet besneden zijn.”

Kun je ons vertellen waarom vrouwen- meisjesbesnijdenis zo’n ingewikkeld verhaal is?

“In Afrikaanse gemeenschappen is een heel sterke ‘wij-cultuur’. Voor een vrouw – moeder – is haar kind dan ook niet van haar, maar van de hele gemeenschap. Een uitdrukking als ‘it takes a village to raise a child‘, krijgt daarmee dus echt een letterlijke betekenis. En meisjesbesnijdenissen zijn onderdeel van de gemeenschap. Het is nooit de moeder die wel of niet beslist voor haar dochter; de gemeenschap beslist.”

“Om meisjesbesnijdenis bespreekbaar te maken binnen de gemeenschap moet je meerdere lagen afpellen. Als een ui. De eerste laag is religie en dan heb je gesprekken met de priester, dominee of imam als besnijdenis vanuit geloofsovertuiging wordt gedaan. Dan komt de veel dikkere laag: cultuur. Toch is cultuur wel veranderlijk, maar heel langzaam. Tot slot heb je gesprekken waarin gezondheid besproken wordt. De vele ingrijpende nadelen voor de gezondheid van vrouwen en dat meisjesbesnijdenis geen meerwaarde heeft. Nog altijd is er veel onwetenheid en juist daarom zijn individuele gesprekken ontzettend belangrijk. De beste preventie zien we in herstel- en nazorg. Hoe meer vrouwen zien wat er nodig is om goed te herstellen, hoe meer men ook wil nadenken waarom een besnijdenis in de eerste plaats überhaupt uitgevoerd wordt.”

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen geweest in Nederland om meisjesbesnijdenis tegen te gaan?

“Sinds 1993 is het bij Nederlandse wet verboden om meisjesbesnijdenissen uit te voeren. Kort gezegd: het is strafbaar. Niet alleen door het uit te voeren, maar ook door betrokkenheid. Dus medeplegen of medeplichtigheid. Wie met een meisje naar het buitenland reist en de Nederlandse nationaliteit heeft of in Nederland een vaste woon-of verblijfplaats heeft en meisjesbesnijdenis uitvoert op een minderjarig slachtoffer in het buitenland, is strafbaar.”

“Nederland heeft een belangrijke rol gespeeld in de preventie van meisjesbesnijdenis tijdens vakanties in het geboorteland met de ontwikkeling van het Dutch Passport. Dit is een ‘good practice’ verklaring tegen meisjesbesnijdenis die in het thuisland voorgelezen of getoond kan worden. Onder druk van familie in het buitenland, reist men vaak toch af om dochters te laten besnijden. Om familieleden te helpen, is dit document ontwikkelt dat in meerdere talen uitlegt dat VGV in Nederland verboden is en een ieder die toch daaraan meewerkt, strafbaar is. Behalve dat het document in verschillende talen beschikbaar is, is het ook door veel (internationaal) belangrijke personen getekend.”

“Familieleden in het buitenland zijn vaak afhankelijk van het salaris dat in Nederland verdiend wordt en door dit document voor te lezen, met alle rechtelijke en zeer waarschijnlijk financiële gevolgen van dien, ziet familie er vaak vanaf zonder dat partijen gezichtsverlies lijden. Inmiddels is dit Nederlands initiatief ook overgenomen door België en Engeland.”

Is voorlichting en training aan medewerkers binnen de gezondheidszorg in Nederland nog steeds nodig?

“Twintig jaar geleden was het doel om meisjesbesnijdenis in 2030 te hebben gestopt. Dat leek destijds haalbaar. Helaas is de realiteit anders. Inmiddels zijn we in 2023 en is er nog heel veel werk dat moet worden gedaan. Ook in Nederland. Positieve noot is dat we wel keer op keer zien, hoe landen van elkaar leren en strategieën overnemen. Zeker op Europees niveau. De Nederlandse ketenaanpak waarbij preventie, zorg, wetshandhaving en voorlichting goed worden neergezet, is in veel landen bekend.”

Pharos biedt scholingen aan professionals ter ondersteuning van het gesprek over meisjesbesnijdenis wat binnen de jeugdgezondheidszorg zo belangrijk is te voeren. Er is een handelingsverlegenheid onder de professionals; door kennis te krijgen en te oefenen in het voeren van gesprekken rondom taboe onderwerpen, wordt het uitvoeren van deze taak vergemakkelijkt.”

“In die keten is de inzet van sleutelpersonen onmisbaar. Sleutelpersonen zijn zelf migrant of vluchteling en zelf dus nieuwkomer. Ze zijn inmiddels al zolang in Nederland dat ze de weg kennen, maar nog wel weten hoe het was om een bestaan hier op te bouwen. Bovendien spreken zij niet alleen goed Nederlands, maar ook hun eigen moedertaal. Het zijn voorlichters, bemiddelaars, adviseurs, verkenners en rolmodellen. Steeds meer organisaties en instanties zien het belang van sleutelpersonen in de samenleving. En ook in de strijd tegen meisjesbesnijdenis vormen sleutelpersonen een belangrijke schakel en worden ze door organisaties als bijvoorbeeld FSAN (Federatie Somalische Associaties Nederland) getraind.”

Wat zijn anno 2023 de belangrijkste aandachtspunten waar we nog veel kunnen bereiken?

“Jongeren. Veel jongeren die derde of misschien wel vierde generatie zijn, zijn niet meer bekend met de praktijk van meisjesbesnijdenis. We zien bijvoorbeeld nog vaak dat zij een vrouw in het geboorteland van hun ouders zoeken. Wat als zij besneden is? Of wat als de moeder bepaalt dat hun dochtertje besneden moet worden?”

“Naast jongeren die in Nederland zijn geboren, is er natuurlijk ook de groep jonge vluchtelingen. Ik geef les binnen de schakelklassen voor jongeren van 12 tot 16 jaar in Asielzoekers centra en seksualiteit is opgenomen in het lesprogramma. Het is opgenomen in de biologieklas want uiteraard kunnen we dit niet als apart vak geven. Het stukje voorlichting dat ik dan over meisjesbesnijdenis geef komt vragenderwijs aan de orde en pas ik alleen toe op de desbetreffende groep waarvan we weten dat het binnen de cultuur praktijk is.”

“Mooi om te vermelden is dat Pharos in opdracht van het ministerie van VWS recent een mooie voorlichtingscampagne is gestart over schadelijke praktijken als achterlating, meisjesbesnijdenis, huwelijksdwang en eergerelateerd geweld: rechtopnee.nl. Op de site vind je korte filmpjes en verwijzingen naar organisaties die hulp bieden in dergelijke situaties.”

Gezondheid - meisjesbesnijdenis
Marthine (links) en Zahra Naleie (rechts) tijdens een voorlichtingsbijeenkomst over meisjesbesnijdenis

Je krijgt een jonge vrouw op je spreekuur. Hoe begin je het gesprek over meisjesbesnijdenis?

“Ik werk samen met een sleutelpersoon, die indien nodig ook tolk is. Die is bekend met de cultuur van het meisje en dat maakt het gesprek laagdrempeliger. Ik vraag veel, zonder direct te zijn en vraag altijd toestemming om door te vragen. Ik heb behalve een achtergrond in de medische antropologie ook meegeschreven aan veel protocollen in jeugdgezondheidszorg. Dat is jaren van ervaring bij elkaar, uitgewerkt in praktische en belangrijke richtlijnen.”

Zahra Naleie, boegbeeld in Nederland op het gebied van vrouwen- en meisjesbesnijdenis, heeft het prachtig uitgedrukt: ‘Zware dingen moet je zachtjes duwen”. En zo is het.”

Hoe is het met de zorg in Nederland gesteld voor vrouwen die VGV hebben ondergaan?

“In Nederland is door de komst van vrouwen en meisjes die besneden zijn aandacht voor het onderwerp meisjesbesnijdenis in de preventieve gezondheidszorg en gezondheidsbevorderende activiteiten. Vandaaruit groeide de vraag naar mogelijkheden tot herstel. Vrouwen en meisjes kunnen op verschillende plaatsen in Nederland ‘geopend’ worden door een gespecialiseerd gynaecoloog, waardoor klachten op het gebied van menstruatie, plassen maar ook op seksualiteit verminderen of zelfs verholpen kunnen worden.

Zij kunnen via hun huisarts verwezen worden naar de gynaecoloog, of via het spreekuur voor vrouwen die besneden zijn. Op deze plekken is er ruimte voor vrouwen om hun verhaal te delen en vragen te stellen. Dit vereist uiteraard een cultuur sensitieve werkwijze van de professionals die met deze vouwen werken.

Zero Tolerance – Vrouwelijke Genitale Verminking: Help je ons geld inzamelen voor FSAN?

Deze campagne willen we heel graag aangrijpen om een organisatie in het bijzonder te steunen: FSAN (Federatie Somalische Associaties Nederland). In de jaren negentig opgericht door Zahra Naleie, zelf besneden en gevlucht naar Nederland vanuit Somalië. In Nederland zag ze dat er nauwelijks tot niets bekend was over VGV en binnen (Somalische) immigranten gemeenschappen het onderwerp taboe was. Die patronen heeft ze met FSAN doorbroken. Zahra zag de dringende noodzaak om VGV bespreekbaar te maken in de politiek, de gezondheidszorg en het onderwijs in Nederland. Meer weten over de werkwijze van FSAN?

De afgelopen twintig jaar zijn heel veel stappen gemaakt, maar we zijn er nog niet. Besneden vrouwen krijgen vaak niet de juiste hulp en meisjes lopen het risico besneden te worden. Help jij? Je kunt doneren via gironummer NL50INGB0000001545 ten name van FSAN en ovv ‘donatie de Wereldwijven’.

Over dit Wereldwijf: Saskia van Alphen - VS

Hi! Ik ben Saskia en woon sinds kort in San Diego, Californië na jaren in Chicago en Engeland te hebben gewoond. Ik ben fulltime moeder, schrijfster, dichteres en fotografe. Een kinderboekenserie vordert gestaag. Voor De Wereldwijven blog ik over ‘emancipatie’ dat in een ontwikkeld land als de VS nog een lange weg heeft te gaan: seksualiteit, ras, sociaal-, en culturele achtergrond, armoede en geloof.