De BMI van een panda
Maleisië ademt eten, letterlijk. De kruidige curry dampen zijn niet te ontwijken op straat. Evenals de diverse foodstalletjes. De hele dag door worden de kaakspieren in beweging gezet en dat is niet alleen van de altijd vriendelijke glimlach. Waar en wanneer ik in de taxi stap, ongeacht het tijdstip, er is altijd één prangende vraag ‘Did you have your breakfast/lunch today?’
De dag wordt gestart met nasi lemak. Dit van origine ontbijt in bananenblad, is tegenwoordig in diverse varianten te verkrijgen en wordt ook voor zowel lunch als de avondmaaltijd genuttigd. De basis bestaat uit rijst gekookt in kokosmelk en pandan bladeren geserveerd met gefrituurde pinda’s, komkommer, een kledder pittige sambal, kleine gedroogde ansjovis (Ikan bilis) en een hardgekookt ei.
Vriendelijk, vrolijk en vooral vet
Maleisiër hechten veel waarde aan familie én samen eten. En dat laatste vooral vaak en veel, heel veel. Waar zit de rem? Nou die is er niet. ‘It’s hard to resist, food is everywhere, you will find your favourite food on every corner‘, zegt de vriendelijke vrouwelijke taxichauffeur.
Rond lunchtijd stromen de kantoren leeg en zie je buiten kleine mierenhopen ontstaan voor de diverse foodstalletjes, de foodtrucks langs de weg of de rondrijdende brommertjes met bungelende zakjes met eten en drankjes aan de zijkant. Hup, daar wordt weer een kofferbak opengetrokken met de meest heerlijke bakjes gevuld met lokale gerechten.

Altijd en overal
De enorme foodcourts met ontelbare keuzes bevinden zich vaak op de laagste of hoogste verdieping van één van de vele shopping malls. Iedereen staat geduldig in lange rijen te wachten, ondertussen gebiologeerd starend naar hun telefoon.
En dan is er ook nog de suiker en zoetigheid verslaving van menig Maleisiër. Ik word al misselijk van de mix van zoete geuren van cake, koek, chocolade en bij het zien van de fluorescerende desserts springt het glazuur spontaan van mijn tanden.
Naast de authentieke food-stalletjes zijn de (westerse) fastfood-ketens, waar extra large porties het nieuwe regular is, helaas niet meer weg te denken. Behoort deze fase bij een land in ontwikkeling? Dan toch van korte duur hopelijk.

The fattest nation
Deze eetcultuur transformeert zich razendsnel in een andere verontrustende cultuur namelijk die van overgewicht en obesitas. Overgewicht wordt een steeds groter wordend probleem, zeker ook onder kinderen. Bijna 50% van de volwassenen heeft overgewicht of is zelfs obese. Hiermee heeft Maleisië de eervolle titel van fattest nation van Zuidoost-Azië te pakken en is tevens het land met het op één na hoogste percentage obesitas bij kinderen in de leeftijd van 5 tot 19 jaar. De bewustwording van wat je in een handomdraai in je mond propt en de gevolgen voor de gezondheid is nog ver te zoeken.
De roti canai, een ander bekend lokaal gerecht, dat nou niet bepaald bekend staat als healthy met zijn rijkdom aan zetmeel en vet, draagt ook niet bij aan een gezonde voeding. Al is het fantastisch om te zien hoe de roti king als een soort pizzabakker het deeg in het rond zwaait, ondertussen zijn vingers ontelbare keren in de palmolie dipt, om een niet te versmaden roti te draaien, waar je je vingers bij aflikt. Ik begrijp heel goed de verleiding.

Palmolie en de sugartax
In een land waar de palmolie rijkelijk vloeit (Maleisië is naast Indonesië de grootste palmolieproducent) is het goed zoeken naar een verfrissende, gezonde maaltijd. De dagelijkse boodschappen kosten, zeker in het begin, veel tijd. Alle etiketten van voor tot achter bestuderen. Overal wordt palmolie in verwerkt of allerlei vormen van suiker toevoegingen. Gelukkig is het aanbod van verse groente en fruit en organic products steeds uitgebreider, al moet je daar wel je goedgevulde portemonnee voor trekken. En die is niet voor iedereen voor handen. De invoering van een sugar tax van 40 cent op suikerhoudende dranken en een gezond schoolontbijt programma zijn een eerste stap in de gezonde richting. Al zal er in de toekomst meer nodig zijn om dit groeiende gezondheidsprobleem aan te pakken.
Met de feestdagen in zicht in eigen land, kijk ik reikhalzend uit naar een stuk oer Hollandse verse kaas en die extra vette oliebol op oudjaarsdag. Voor deze keer vrolijk en vet het nieuwe jaar in!