Edda: “Ik heb al drie jaar heimwee en denk niet dat het snel over zal zijn”
Toen ik eind 2019 hoorde dat mijn moeder niet lang meer te leven had en ik verrast werd door een tweeling-zwangerschap, nam mijn leven een nogal stressvolle vlucht. Een kleine vijf maanden later sloeg ook Covid toe. Ik beviel van de tweeling en mijn moeder leefde nog met de nodige levensverlengende chemotherapieën. Ondertussen zaten we met onze kleuter, de versgeperste baby’s en twee gestresste ouders in één huis lockdown te ‘vieren’.
Waarschijnlijk onnodig om te vermelden dat ik toen erg veel last had van het verlangen naar een makkelijker leven. Was het toen al heimwee?
De bevestiging van Wikipedia en Van Dale
De betekenis van ‘heimwee’ is volgens Wikipedia (Van Dale is het ermee eens) afkomstig van heim (archaïsch woord voor woonplaats, huis[1]) en wee (archaïsch woord voor pijn[2]) (..). Het is het pijnlijke gemis van thuis, het gevoel van verlangen naar huis, of – algemener gezegd – naar de geborgenheid en de zekerheden van het bekende.
Dat laatste – zekerheden van het bekende – resoneert absoluut met wat ik voel. Eigenlijk heb ik dus al drie jaar heimwee. Naar mijn moeder voordat ze ziek werd en zeker nadat ze vorig jaar overleed. Heimwee ook naar de structuur en het overzichtelijke leven met maar één kind en het volwassen zijn zonder de verantwoordelijkheid en eenzaamheid van moederloos zijn. Ik verlang naar ons leven vóórdat Covid roet in al het eten gooide en de zorgeloze tijd van vóór de couveuse-tweelingdochter en huilbaby-tweelingzoon. Ik wil terug naar een leven mét een stevig fundament en niet wankel als een boot op zee.
Misschien was het gemakkelijker om te vertrekken naar Dublin, omdat ik al heimwee hád? Ik hoefde niet bang te zijn voor meer heimwee, want de grootste zekerheid in mijn leven, mijn moeder, was ik al kwijt. Nu mijn leven echter onvermoeibaar doorgaat (en problemen zich oplossen en nieuwe zich opwerpen) blijkt dat die heimwee helemaal niet minder wordt als de tijd verstrijkt.
Heimwee is incompleet zijn
Heimwee kan zoveel verder gaan dan alleen een huis of mens missen, zeker als je alle zekerheden achter je laat. Je mist dagelijkse routines, vrienden en familie, je huis, een winkel, de huisarts, het kinderdagverblijf en de oppas. Zelfs je vaste looproute, het bos, de dierentuin, je lievelingskoffie in dat ene tentje, je woonwijk en de buren. Of ‘gewoon’ de gezondheidszorg, je eigen vertrouwde moedertaal en het dagelijkse nieuws. Ja, zelfs het weer. Het is het gemis van onderdeel zijn van je eigen gemeenschap en het gemak van weten en kennen.
Heimwee kan pijn doen tot in je botten en scherp steken in je ingewanden. Het is alsof je constant rug- of buikpijn hebt, omdat er vitale delen van je missen. Het is het gevoel dat je in kleine stukjes uit elkaar gevallen bent: alsof je een puzzelstukje mist (of eigenlijk wel tachtig). Je bent volledig incompleet. Met dat incompleet zijn, komt ook het gevoel van incapábel zijn want je wéét toch hoe het leven gaat? Hoe je dingen moet regelen en je iets opbouwt? Je verliest met emigreren een deel van jezelf onderweg en waar je aan moet werken om het terug te krijgen. Daarnaast moet je jezelf opnieuw leren kennen, want je bent niet meer de persoon die je was voor je vertrok.
Elk puzzelstukje dat ik weer in elkaar gepast krijg, voelt als een overwinning maar ondertussen blijft de heimwee pijn doen. Niet de hele tijd. Er zijn momenten dat ik een inkijkje krijg in het leven na het ‘zware stuk’. Die momenten zijn veelbelovend en geven nieuwe energie om door te zetten en verder te bouwen. Soms denk ik zelfs even dat ik alle stukjes gevonden en gelegd hebt, maar blijkt er toch nog eentje zoek. Misschien krijg ik nooit meer de hele plaat compleet.
Verdriet op de gekste momenten
Wat mij voortdurend verbaast, is dat heimwee zo onvoorspelbaar is. Het overvalt me als ik in de rij bij de slager sta of op pad ga voor een middagje winkelen. Of terwijl ik in consult zit met een patiënt of sta te koken. Het liefst wil ik dan meteen huilen wat ik rustig doe boven de uien en in de curry, maar niet zo makkelijk in de tram of bij een patiënt. Dus slik ik het maar weer in, om tijdens een ander ongemakkelijk moment weer geconfronteerd te worden met een nieuwe overstroming. Ik ben nooit zo’n huiler geweest, maar sinds ons vertrek lijk ik emotioneel wel incontinent en huil ik om het minste of geringste.
Een deel daarvan zal rouw zijn. Ik heb maar weinig tijd gehad om om mijn moeder te rouwen, maar het grootste deel is instabiliteit. Wankele emoties die geen bodem meer vinden om te landen. Ik vermoed dat het meer tijd nodig heeft. Ik zie het plaatje van de puzzel nog niet, dus hoe kan ik die dan leggen? Misschien heeft dat eerst tijd nodig en moet ik visualiseren hoe mijn leven hier een goede vorm kan krijgen. Hoewel ik dacht dat ik dat al voldoende had gedaan, twijfel ik opeens. Heb ik me wel gericht op de juiste stukjes? Ben ik niet teveel blindgevaren op de randvoorwaarden en had ik beter andere dingen kunnen prioriteren? Ik heb geen idee, ik moet het gaan ervaren. En daar ben ik al mee bezig, hoe moeilijk het soms ook is.
Voor nu blijf ik wankelen, werken en proberen de hele puzzel compleet te krijgen. Dat is al heel wat. Ik heb alle tijd. Er is niemand die me opjaagt of vindt dat het nu maar allemaal zou moeten werken. Ik heb tijd en ruimte nodig en heel veel vriendelijkheid van mezelf voor deze zoektocht. Onze emigratie is één van de grootste avonturen die ik ooit zal beleven en dat onderneem ik met mijn andere vier avonturen: mijn kinderen en mijn man. Kortom, mijn gezin. Me dunkt dat die emotionele incontinentie er mag zijn. Dan huil ik maar af en toe in de curry.